Ook in Nijkerk zijn er veel mensen, die beter willen leren lezen en schrijven. Zij kunnen les krijgen van taalvrijwilligers. Hoe is het om taalvrijwilliger te zijn?
Oud-docent Wim Renes geeft taalles aan een Iraanse vrouw. Hij doet dit op vrijwillige basis. Een interview met deze vrolijke en gedreven leraar.
Waarom ben je taalvrijwilliger geworden?
Ik heb jarenlang les gegeven op een VMBO-school in Ede. Ik gaf daar Nederlands. Ook ben ik leerlingbegeleider geweest. Na mijn pensioen wilde ik graag wat nuttigs gaan doen. Ik ben niet handig, maar kan wel lesgeven. Vandaar dat ik taalvrijwilliger ben geworden. Hoe langer ik het doe, hoe leuker het wordt. Je wereld wordt weer groter. Je helpt niet alleen jezelf, maar ook een ander.
Aan wie geef je les?
Ik geef les aan een Iraanse vrouw. Deze vrouw woont al 20 jaar in Nederland. Zij kan wel redelijk goed Nederlands, maar ze is bang om fouten te maken. Ze wil daarom graag meer woorden leren begrijpen. De taallessen zijn goed voor haar zelfvertrouwen.
Waar geef je les en hoe lang?
Ik geef les in de bibliotheek, 1 x per week, op een vaste tijd. De les duurt een uur. In de bibliotheek is voldoende materiaal aanwezig om mee te werken. En ik kan ook materiaal bestellen. We beginnen meestal met het bespreken de inhoud van de Startkrant. Dat is een eenvoudige krant, die bij het Taalpunt ligt.
Is het niet handiger om in groepen les te geven?
Dat kan ook, maar de onderlinge verschillen tussen mensen zijn groot. Mensen willen allemaal andere dingen leren. De één wil beter leren praten, de ander wil veel oefenen met schrijven. Weer een ander heeft hulp nodig bij het behalen van zijn of haar diploma. Als taalvrijwilliger kun je daar meer aandacht aan geven.
Krijg je begeleiding bij het lesgeven?
Je volgt eerst een training van Stichting Lezen & Schrijven. Daar leer je iets over de achtergrond van de mensen aan wie je les geeft. Als je je zorgen maakt om familieleden die in je eigen land achtergebleven zijn, is het niet zo eenvoudig om een taal te leren. En als je in je geboorteland door de oorlog nooit naar school bent geweest, valt dat ook niet mee.
Heb je ook contact met andere taalvrijwilligers?
Tijdens de training leer je elkaar kennen. Daarna ontmoet je elkaar tijdens bijeenkomsten. Daar is een docente van Landstede bij. Als je tussendoor vragen hebt, kun je terecht bij het Taalspreekuur, dat iedere week gehouden wordt.
Tot zover het interview met taalvrijwilliger Wim Renes. Lijkt het u ook leuk om taalvrijwilliger te worden? U kunt zich dan aanmelden bij Taalhuis Nijkerk. Dat is een samenwerkingsverband van de bibliotheek, Sigma, Landstede en het TaalSteunPunt op school. U kunt zich aanmelden bij de balie van Sigma in de bibliotheek, of via de website van de bibliotheek.
bijdrage van Meta Dekker
