Havo-leerling Julia Berghuis (14 jaar) van het Corlaer College is winnaar van de verhalencompetitie van Randstad Onderwijs en studiematerialenleverancier VanDijk.
De partners daagden alle middelbare scholieren uit om een verhaal te schrijven over het thema ‘Wat doe jij morgen?’. De wereld verandert snel door technologische uitvindingen. Een future-proof baan als droneverkeersleider of (verticale) stadstuinier bestaat nu nog niet, maar straks misschien wel. Welk werk verwachten scholieren te gaan doen in deze nieuwe, spannende wereld?
1500 scholieren deden mee
Julia won met haar verhaal “Een reis richting de toekomst”. De hoofdpersoon in dit verhaal reist in de toekomst naar het jaar 2099 en komt tot een bijzondere ontdekking. De verhalencompetitie werd voor de vierde keer georganiseerd. Randstad en VanDijk organiseren de wedstrijd om leerlingen te stimuleren hun schrijftalent verder te ontwikkelen en na te denken over een actueel maatschappelijk thema.
Ruim 1.500 scholieren uit zo’n 60 middelbare schoolklassen namen deel aan de wedstrijd. Een jury onder leiding van schrijfster Eva Burgers beoordeelde de verhalen en koos de drie deelnemers uit als winnaar. Berghuis wint een professionele schrijfworkshop van Eva Burgers voor de hele klas. De prijsuitreiking was vanmiddag op het hoofdkantoor van Randstad in Diemen. De 20 beste verhalen worden geïllustreerd en gebundeld in een speciaal boekje en verspreid onder deelnemende scholen en relaties van Randstad Onderwijs en VanDijk.
Arbeidsmarkt van de toekomst
Suzanne von der Dunk, directeur onderwijs bij Randstad, is blij met de ingezonden verhalen: “Het thema ‘Wat doe jij morgen?’ stimuleert scholieren op een leuke manier na te denken over hun eigen toekomst. In een wereld die onder invloed van technologie snel verandert, ontstaan talloze nieuwe kansen op de arbeidsmarkt. Bij Randstad helpen we mensen en bedrijven op weg naar die nieuwe toekomst, als partner die meekijkt naar morgen. Over tien jaar bestaat waarschijnlijk 70% van de banen uit banen die we nu nog niet kennen. Daar kunnen we iedereen en dus ook de jonge generatie op voorbereiden. Wat heb je nodig? Welke competenties zijn belangrijk morgen?”
