Hans den Haan over het grote Nijkerkse historische plaatjesverzamelboek

Foto:

Wie niet bij Albert Heijn in Nijkerk komt, weet het misschien niet.

Maar onze Nijkerkse supermarkt heeft een leuk boek uitgegeven over de historie van Nijkerk. “Nijkerk. Een unieke verzamelbundel” heet het.

Alleen al de voorkant met een foto van onze stad zoals een vliegende kokmeeuw het onder zich ziet, is een genot. Nu begrijp ik waarom deze meeuwen zo vaak nog even over Nijkerk vliegen, voordat ze naar hun Randmeerse slaapplaatsen gaan. Duidelijk te zien op de foto is een mooi gebouw en een wat minder mooi gebouw. De Grote of st. Catharina Kerk is het mooie ding. De veevoederfabriek aan de Westkadijk is wat minder fraai. Dit laatste gebouw biedt ons zeker niet de mooiste toren van Nederland.

Met de historische verzamelbundel is het weer lekker ouderwets plaatjes inplakken geblazen. Als je voor de eerste keer erin kijkt, dan zie je in het binnenwerk wel wat foto’s, maar voornamelijk lege kadertjes. Zo’n 216 stuks. Jullie hadden het al begrepen: hier moet je foto’s inplakken. Die krijg je als je bij Albert Heijn inkopen doet. Als ze bij de kassa vragen “wilt u plaatjes?”, dan zijn dat die foto’s. Als ze vragen “wilt u tuintjes?” dan bedoelen ze iets anders.
Maar de aap komt uit de mouw: het is een stukje klantenbinding. Want als je eenmaal met inplakken bent begonnen, dan wil je het werk natuurlijk afmaken. Slim. Het koopgedrag bevorderen.
Het leuke is dat je de foto van Gerard van den Tweel niet hoeft in te plakken. Die zit er al in. Op bladzijde 1. Een goede plek voor een Van den Tweel.

Maar het moet gezegd: het is een geweldig leuk boek, waar zo te zien veel werk in heeft gezeten. Het zou eigenlijk verplichte literatuur moeten zijn voor iedereen die in Nijkerk komt wonen. Met overhoring als toelatingsexamen. “Hoe heet de meneer van wie je op bladzijde 1 een foto ziet?” Nou ja, het staat ernaast vermeld. Bovendien, wie in Nederland kent onze Gerard niet?
Het mooiste plaatje is nummer 155. Maar dat blijkt Schenectady zijn. Nee, dat is flauw. Maar een mooiste-plaatje-verkiezing zou leuk zijn. Ik ga voor 86.

Maar goed, ik weet niet of jullie ze nog hebben meegemaakt: de Verkade-albums. Dat was net zoiets. Nou ja, die zijn in 1903 in het leven geroepen. Maar in mijn jeugd in de jaren vijftig hadden wij er verschillende in huis. Over de jaargetijden, de grote rivieren, insecten, de blonde duinen, het Naardermeer, het zeewateraquarium en terrarium, noem maar op. Ook bij de Verkade-albums moest je plaatjes verzamelen, die je moest inplakken in lege rechthoekjes. Het was wel wat meer tekst en wat minder plaatjes dan in het Nijkerk-boek. Maar wat heb ik in mijn kindertijd van deze albums gesmuld.

Maar bij deze albums moest je natuurlijk eerst smullen van Verkadekoekjes om de plaatjes te kunnen bemachtigen. Die zaten bij de pakjes Verkade-lekkernijen. Dat verzamelen hadden mijn ouders gedaan. En oom Jan, die al was overleden toen ik werd geboren, maar die in de tijd daarvoor heel wat albums had ingeplakt. Niet volgeplakt, want er ontbraken hier en daar wel wat plaatjes. Dan moest je raden hoe het beest of de plant eruit ziet. Maar die oom Jan heeft heel wat afgesnoept om al die plaatjes te verzamelen. Toen het album het zeewateraquarium aan de beurt was kon het niet anders dan zoutwatervissen in huis te halen. En poliepen. En misschien een kwal. Meestentijds de eigen schoonmoeder.

Maar over ons Nijkerkse plakboek. Als je het boek wilt volplakken, dan word je wel flink aan het werk gezet. Zeker nadat je de weekendboodschappen hebt gedaan. Dan kom je thuis met een aardige verzameling zakjes waarin je de plakplaatjes vindt. Dat is dan ook het enige voordeel van het feit dat alles duurder wordt. Het levert je wel meer plaatjes op. Bij mij leverden m’n paasboodschappen 48 plaatjes op. Maar bij die boodschappen, daar zaten ook twee flessen wijn bij. En wat duurdere paasdingen. Zoals de chocolade superhaas.

Maar dan komt het openknippen van de zakjes. Dat valt nog mee. Het bijeenvegen van de plaatjes is de volgende stap. En vooral het kijken of je het plaatje al hebt ingeplakt of nog niet. Want je krijgt natuurlijk dubbele plaatjes. En des te verder je komt, des te meer dubbelen worden het er. Het noodlot van de verzamelaar. Uiteindelijk moet je heel wat pakjes krijgen om het laatste plaatje te bemachtigen. Zover ben ik nog niet.
Misschien zal er uiteindelijk een grote plaatjesruil-bijeenkomst komen. Onder leiding van Gerard van den Tweel, die de dag ook zal inleiden en uiteindelijk zal roepen: plaatjesruilers ruilen maar!

Het is ook belangrijk om eerst te kijken of je het plaatjes al of niet al hebt, voordat je het plaksel op de achterkant ontbloot door de plaksel-beschermings-folie eraf te trekken. Niet doen. Eerst kijken. Want anders kun je je overtollige plaatjes straks niet meer ruilen. Die plakken dan namelijk als een oude honingpot. Daar kun je niet mee aankomen op de ruilbeurs. Als je ze al niet per ongeluk op de toegangsdeur hebt geplakt bij het binnenkomen.
Het is ook niet handig om in het boek te gaan bladeren om te kijken of je het betreffende plaatje al hebt. Dan blader je je suf. Het is beter om eerst een lijst te maken van de afbeeldingen die je al hebt en op die lijst te kijken. Je wordt er steeds handiger in.
Uiteindelijk kun je beter een lijst maken van de plaatjes die je nog niet hebt.
Zo is er heel wat inplakkunde.

Probeer nooit een plaatje dat je eerder hebt ingeplakt weer los te trekken als je ontdekt dat je het verkeerd hebt ingeplakt. Dat gaat echt niet lukken. Plak gewoon het goede plaatje eroverheen. Ook zo’n tip. Mensen die veel behangen zijn hier in het voordeel.
Maar het is natuurlijk handig dat er op elk plaatje aan de voorzijde een nummer vermeld staat en wel aan de bovenkant. Dan kom je niet in de verleiding het plaatje ondersteboven in te plakken. De lucht bevindt zich zelden aan de onderkant. Nou, die vergissing zullen slimme Nijkerkers niet maken.

Maar wat is dit een leuk boek. Eén ding is mij duidelijk: ik wil nooit meer weg uit Nijkerk. Behalve als ik ga verhuizen.

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen