Hans den Haan over acht miljard mensen

Foto:

Onlangs werd bewoner nummer acht miljard op deze Aarde geboren.

Ik benijd hem of haar niet.

Hij/zij moet de planeet delen met 7.999.999.999 andere aardbewoners. Wat dat betreft ben ik altijd jaloers op buitenaardsen, die na hun bezoek aan onze planeet weer kunnen vertrekken naar rustiger gebieden. Hoewel je natuurlijk niet weet hoe het op hun planeet is.
Maar wij moeten ons hele leven blijven voortploeteren met medemensen van wie er steeds maar meer op de Aardbol komen.
Maar je moet alles in perspectief zien. Als de gehele wereldbevolking onderduikt in het meer van Geneve, dan zou het waterpeil nog geen meter stijgen. En is er nog genoeg ruimte voor de vissen. Maar geen grappen over vissen.

Als er een schepper is, dan kan het toch nooit zijn bedoeling zijn geweest dat er zoveel exemplaren van een bepaalde grote diersoort, de homo sapiens, op Aarde zouden rondlopen. Degenen die niet kunnen lopen uitgezonderd. Maar met een scootmobiel neem je nog meer ruimte in.
Dan nog liever acht miljard chimpansees. Dat was nog beter geweest. Hoewel die dieren soms ook oorlog voeren, zeggen de biologen. Maar ze produceren niet zoveel CO2. Ze kappen geen oerwoud en produceren geen PACS en plastic. Wel veel poep.

Het grootste probleem is dat wij doen aan voortplanting. Daar hebben we niet echt zelf voor gekozen. Maar we hebben er zin in.

Zelf bevond ik me, toen ook ik eindelijk rijp was voor voortplanting, ten tijde van de publicatie van het rapport van de Club van Rome. Deze club van wetenschappers had vooral één boodschap: het loopt slecht af met de wereld. Dat wil zeggen: als we zo door zouden gaan als we toen deden. In hun rapport “De grenzen aan de groei”, verschenen in 1972, hadden ze het vooral over grondstofvoorraden die in een aantal decennia zouden opraken. Nu zitten we de nodige decennia later, en ze hebben geen gelijk gekregen. Ze wisten niet dat we op de wereld zulke goede speurneuzen hebben, die weer steeds nieuwe grondstoffen-bronnen vinden.
Ik moet zeggen dat ik pas in 1980, bij mijn huwelijk, voor de keuze stond “kinderen of geen kinderen”. Het liefst had ik meteen volwassenen en kleinkinderen gehad. Maar het Club-van-Rome-rapport zat toen nog vers in mijn geheugen. Het schetste feitelijk een doemscenario. Voor mij, en voor mijn vrouw, een reden om geen kinderen te nemen. Hoewel ik het woord “nemen” altijd wat vreemd vind klinken. Alsof ze je worden aangereikt door een kindergever. En dat je ze dan “neemt”.

Rondom 1980 was ik een gerenommeerd sloothengelaar. Met m’n schepnetje, wel te verstaan. Maar toch. En in vergelijking met het begin van mijn slootschepperscarrière, de jaren vijftig, als kleine jongen, zag ik steeds minder stekelbaarzen in mijn netje vinwapperen. Uiteindelijk helemaal niet meer. Met andere woorden: het ging toen slecht met het milieu. En het was mijn overtuiging met een afglijdende schaal te maken te hebben. Kortom, ik dacht: wat moeten straks mijn potentiële kinderen in een wereld zonder stekelbaarzen? We need stekelbaarzen.

Kortom: “Club van Rome” plus “minder stekelbaarzen” is gelijk aan “sterilisatie”. Mijn vrouw en ik wilden geen kinderen. En ik was de gelukkige die onder het mes mocht. Wat ik overigens niet erg vond. Ik houd van koken. Maar nu mocht een ander eens de messen bedienen.

Eerst vroeg ik aan de dierenarts of hij mij wilde steriliseren. Hij was het gewend en was goedkoper dan de officiële weg. Ik had een uitstekende hondenverzekering. Maar die kwam met iets te rigoureuze maatregelen. Zoals hij deed bij je-weet-we-katers. Alles eraf. Dus bezocht ik een homo-sapiens-arts. Destijds onze geliefde dokter Flikweert, voor de insiders te Nijkerk.
Die verwees me door naar de uroloog. Die schijnt verstand te hebben van zaadleiders en die weet hoe ze door te knippen.
Maar dat werd nog een hele discussie met de betreffende uroloog. Want hij vond mij te jong voor sterilisatie. Want bij jonkies komt nog wel eens iets bijzonders voor. Namelijk dat zij achteraf spijt hebben.
Gelukkig had ik een college “Het gaat slecht met het milieu” voorbereid. En überhaupt een lesje achteruitgang van de biodiversiteit.
In ieder geval wist ik hem ervan te overtuigen dat wij echt geen kinderen wilden en dat we geen spijt zouden krijgen.
Tijdens de operatie, plaatselijk verdoofd, zei ik nog tegen de uroloog: “dit is zeker een routineklus”. Dat leek mij zo toe, omdat het simpelweg wat knipwerk was en het afbinden van wat buisjes met een soort flossdraad. Dat had ik ook zelf gekund. Maar “simpel” was het niet, zie hij. Omdat ieder mens toch weer verschillend is. Dus: don’t try this at home.

In ieder geval heeft de operatie wel tot succes geleid. Of feitelijk: gebrek aan succes. Op het gebied van de voortplanting. Maar dat was de bedoeling. Geen kinderen.
Ik moet zeggen dat de kinderloosheid achteraf beschouwd sowieso een goede zaak was. Dit omdat mijn vrouw na vijf jaar huwelijk schizofrenie kreeg. Daar heb ik nog een spannend boek over geschreven. Zij was niet in staat voor kinderen te zorgen. Dan had ik er alleen voor gestaan. Voor die kinderen. Dit nog afgezien van het feit dat schizofrenie waarschijnlijk een erfelijke ziekte is. Althans de aanleg ertoe. Ook de omgeving kan een rol spelen. En er is niet expliciet een een-op-een-relatie met specifieke genen. Maar op de vereniging voor familieleden van psychiatrische patiënten heb ik mensen ontmoet die zelf de ziekte hadden, maar sommige van hun kinderen ook. Bovendien had ook de zus van mijn vrouw de ziekte. Dus waarschijnlijk erfelijk.

Als ik nu jong was, zou ik me nog steeds ernstig afvragen of ik wel kinderen zou willen. Wat dat betreft is oud-zijn ook prettig. Geen lastige vragen. De Club van Rome heeft op zich geen gelijk gekregen met haar voorspelde grondstoffen-uitputtingsslag. Zo erg was het nou ook weer niet.
Maar we zitten nu vooral met het opwarmingsprobleem. Wat ondanks allerlei goede intenties vooralsnog onoplosbaar lijkt. Dit zal over enkele decennia vermoedelijk tot grote problemen leiden, onder meer massa-migratie. Maar ik ga het niet over nare dingen hebben.

Bij wolven worden er minder jongen geboren bij overbevolking in een bepaald gebied. Dus dat geeft de Nederlandse wolvenhater hoop. Nou is dat in Nederland wat de wolf betreft nu nog niet het geval. De wolf doet nog lekker z’n ding. Schapen opereren. Alleen de operaties mislukken steeds.
Maar het is de vraag of een dergelijk mechanisme ook niet bij de mens gaat optreden. Het is wel te hopen. Dan zou het overbevolkingsprobleem zich vanzelf oplossen.
Nou blijkt dat de kwaliteit van het zaad van mannen steeds slechter wordt, wat tot minder voortplanting kan leiden. De oorzaak zou hem zitten in pesticiden in het drinkwater. Maar meer pesticiden is weer het resultaat van overbevolking. Zo past alles mooi in elkaar. Maar goed, ik denk niet dat dat onze redding wordt wat de overbevolking betreft.

Intussen droom ik van het feit dat 7.999.999.999 mensen zomaar van de aardbodem verdwijnen. Ik in m’n eentje over. Het lijkt me een spannend avontuur.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen