Hans den Haan over “Is er leven na de boom?”

Foto:

Als je ouder wordt, dan is het een voldongen feit: steeds meer vrienden en familieleden overlijden. Dat zorgt meestal voor diep verdriet.

Je mist ze zeer.

Maar minstens zo erg is het als een boom in je tuin de doodstraf krijgt. Namelijk mijn lieve berk.
Al zo’n dertig jaar zijn wij de beste maatjes. We steunen elkaar door dik en dun. Maar nu moet hij weg.

Niet dat een van de omwonenden erover klaagt. Nu ja, m’n buurman vond eens dat er te veel takken over zijn tuin hingen. Die heb ik toen laten weghalen.
Maar verder nooit iemand. Integendeel. Sommigen zeiden: “Wat is het toch een prachtige boom. We kunnen er echt van genieten.”

Het is een cadeau van mijn broer. In het bomenasiel, Intratuin, mocht ik er een uitkiezen. Weet ik veel. Doe maar die boom met de leuke witte stam. Hij werd meteen vervoerd in de auto van mijn broer. De kruin stak door het open dak. Zo kreeg de boom meteen wat frisse wind. Maar achteraf beschouwd had ik beter een boom kunnen kiezen die niet zo hoog wordt.

Maar goed, toen was daar de Woningstichting Nijkerk, de WSN. Er stond een meneer te gluren over mijn tuindeur. Hij had al aangebeld, maar zag dat ik in de tuin zat. Er viel wat te bespreken.
Ik dacht: Dat kan niets bijzonders wezen.
Hij stelde zich voor als zijnde een aannemer. Maar bij de Woningstichting noemde men hem later een stratenmaker. Nou ja, feitelijk een aannemer voor bestrating.

Hij had de opdracht het pad tussen mijn tuin en de woningen achter mij te fatsoeneren. Die huizen zijn van de Woningstichting. Was ik maar in een sjiekere buurt gaan wonen.
Er was een probleem. Het pad was ongelijk. Een beetje opgestegen. Feitelijk opgeveerd. Een soort wipwap. De tegels lagen niet meer keurig op het horizontale aardvlak. En er was een groot gevaar. Mensen zouden wel eens kunnen struikelen.
En dat kwam door de wortels van mijn boom. ‘Hier,’ zei hij, ‘een hele dikke. En daar ook. Die drukken de boel op.’

Ik vond het in eerste instantie een beetje overdreven.

Nu zijn de huizen achter mij ouderenwoningen. En zulke mensen struikelen nogal gauw. Het is ook wat lastig om met een scootmobiel over een oneffen pad te rijden. Het is gevaarlijk! Oké, sommige tegels lagen iets hoger. Maar fietsend of lopend over het pad heb ik zelf nooit enig probleem ondervonden. Terwijl ik zelf ook al 73 ben.
Ik bedoel, fiets eens over de Brink. Niet het pleintje, maar de straat. Vooral het eerste stuk voorbij aan onze Nijkerkse ambachtelijke bakker. Of de Nautenaseweg. Als je je ingewanden eens flink door elkaar wilt schudden moet je daar gaan fietsen. En het laatste stuk van de Doornsteeg. Tot aan de snelweg. Al woont daar alleen de familie grauwe gans.

De aannemer moest de wortels verwijderen. Maar ja, dan werd mijn boom instabiel. Dat was tien keer zo gevaarlijk, zou ik denken. Maar ja, zo’n pad moet mooi vlak zijn.
Nou ja, later toen ik nog eens ging kijken dacht ik: ze hebben wel gelijk. Ik wil er ook niet verantwoordelijk voor zijn als een van de ouderen eerdaags door wortels uit z’n bed wordt getild.
En je weet niet wat voor schade de boom nog in de toekomst kan aanrichten.
Er was ook geen andere oplossing, vond de aannemer. Want als hij het pad zou ophogen, dan liep het water niet meer weg in de afvoerput. Wat de eenden alleen maar fijn zouden vinden natuurlijk. En een waterlinie is goed tegen inbrekers. Maar ja, water op een pad, dat kunnen we niet hebben, natuurlijk. In ieder geval slecht voor de scootmobiel.

Maar in eerste instantie was ik het er niet mee eens. Ik kon praten als Brugman. Wat ik dan ook deed. Maar ook door Brugman liet hij zich niet overtuigen.
Hij zou nog even overleggen met de Woningstichting. Die zou mij later bellen.
Wat zij ook later deden. Ze waren onvermurwbaar. De boom moet weg. Ze hadden het zelfs over hun advocaat. Toe nou, rustig maar. Maar goed, ik hoefde alleen maar het verwijderen van de boom te betalen. Dat is ook wel weer schappelijk. Al is het verwijderen van zo’n boom al duur genoeg.

Nou is zo’n boom ook een stukje natuur. Bomen zijn belangrijk. En zeker in de stad Nijkerk. Ik weet zeker dat als ‘Vroege vogels’ hier zou komen kijken, dat ze dan bijzondere dingen zouden ontdekken. De dwarsgestreepte pruikzwam bijvoorbeeld. De enige vindplaats in Nederland.
En natuurlijk de vogels die op hun trektocht de berk als rustplaats gebruiken. Soms rusten er zeven kraanvogels tegelijk uit in de boom.
De elk jaar weer broedende duiven. Nooit zonder paraplu onder de boom door lopen.
En in de najaars- en wintertijd de vele vogels die in de boom hun voedsel vinden. Vogels die ik anders niet in mijn tuin aantref. Zoals de groepjes staartmezen. En de groenlingen.
Waarbij komt dat de boom mij van extra zuurstof voorziet. Dat is duidelijk te merken. Zo lekker fris als de lucht is als de boom in blad staat.
En maar CO2 opnemen.
Niet voor niets staat de berk symbool voor het weer ontwakende leven, zuiverheid en jeugdigheid.
En ga zo maar een tijdje door. De kruidenvrouwen van Nederland weten er alles van.
En wat dacht u van de berkenspanner? En de gehakkelde aurelia. Die zie ik regelmatig. Ja vlinderliefhebbers: de gehakkelde aurelia. Wat een mooie vlinder is dat.
En natuurlijk de nachtvlinders, zoals het huismoedertje. Altijd weer verrassend als hij zijn vleugels opent. Wat een mooie rode kleur.
En het rood weeskind, het blauw weeskind, het klein geel weeskind en het wit weeskind. Allemaal nachtvlinders die we willen behouden.
Niets voor niets staat onder de boom het bordje ‘Het vlinderparadijs’.

‘Mag ik nog wel even afscheid nemen,’ vroeg ik. Niet alleen van de boom. Maar ook van al die vlinders.
En wat moest ik de vogels vertellen? Zouden ze het wel begrijpen?
Dat van dat pad zullen ze zeker onzin vinden. Dan vlieg je er toch gewoon overheen. Nee, het zijn ouderen, jongens. Dat kunnen ze niet.
Zou er een protest komen van de gevleugelden? In ieder geval wat gevleugelde toespraken bij de afscheidsceremonie.
Ze zullen zich ook afvragen: waar moeten we nu heen? Er zijn al zo weinig berken in de buurt.
Nou ja, het credo is: neem nooit een berk. Want die groeit groot. En hij is oppervlakkig geworteld. En koop nooit een huis in de buurt van huizen van de Woningstichting. Maar de stichting heeft wel gelijk. Dat moet ik toegeven.

Op de afscheidsceremonie zullen we wat indianenliederen zingen. Een ode aan de natuur. Ook hun bizons moesten meedogenloos het loodje leggen.
Op 11 november is het D-Day. Dan wordt de boom verwijderd. Ik kijk er niet naar uit.
Is er leven na de boom?

bijdrage van Hans den Haan

Columnisten hebben de vrijheid hun mening te geven en hoeven zich niet te houden aan de journalistieke regels voor objectiviteit. 
Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen