Had de wethouder nu wel of niet met de raad gesproken over de aanbesteding van de zes binnensportaccommodaties?
Ja, zei wethouder Nadya Aboyaakoub, nee zeiden Van Ruler (CDA en Boer (CU-SGP). De coalitiepartijen hielden zich buiten de discussie
De twee oppositiepartijen zeggen vooral over het zwembad te zijn geïnformeerd en veel minder over de binnensportaccommodaties. De wethouder is het daar niet mee eens. Vanaf het begin wil ze één exploitant ” die ons na aan het hart ligt”. Daarmee zijn – volgens haar – uniforme afspraken te maken. Boer: “We hebben over de binnensport NIET gesproken, het ging alleen over het zwembad. Randvoorwaarden en budgetten voor de binnensportaccommodaties zijn ons onbekend. De aanbesteding kan nooit goed gaan. We zijn bang voor nog eens 10 jaar weer SRO-achtige zaken. We willen nadrukkelijk meegenomen in het hele proces.”
Er lijkt nauwelijks nog een weg terug. want de aanbieders zijn al aan het rekenen en dat doen ze voor het zwembad en de zes binnensportaccommodaties. Bovendien is de aanbesteding een collegebevoegdheid. De oppositie vraagt op de kortst mogelijke termijn geïnformeerd te worden. Daarop zegt de wethouder toe, dat de aanbestedingsleidraad en de budgetten voor zwembad en binnensportaccommodaties toegezonden zullen worden. Die spelen dan ook een rol bij de besluitvorming in de gemeenteraad op 21 september.
De vergadering ging eigenlijk over het rapport van de rekenkamercommissie. Daar ging het ziet zoveel over. Het rapport is gericht aan de raad. Rozema stelde daarom voor, dat de raad volgende maand met een voorstel hierover komt. De raad wil wel vooraf weten welke aanbevelingen uit het rapport het college heeft overgenomen en welke niet, gemotiveerd en wel natuurlijk.
