Geacht gemeenteraadslid,
Bijgaand doen wij u een open brief toekomen waarin wij u als gemeenteraad een oproep doen om ons te helpen.
Het zal u niet ontgaan zijn dat de laatste jaren regels en procedures bij de Overheid het zicht op de burger als mens nogal eens vertroebelen. En als burger hoop je natuurlijk dat de ‘schandalen’ die er op landelijk niveau afgelopen jaren in dat opzicht zijn gepasseerd een wake-up call zijn voor alle overheidsinstanties.
Onze ervaring is helaas anders...
Bij het uitbreken van de oorlog hebben we er voor gekozen Oekraïense vluchtelingen op basis van logies onderdak te bieden. Tenslotte deed de gemeente voor komen dat zij het erg waardeerde dat burgers daartoe bereid waren en werden zij en andere vrijwilligers in het zonnetje gezet tijdens een bijeenkomst in het stoomgemaal.
Stomverbaasd en onaangenaam verrast waren we dan ook dat we na enkele weken een toezichthouder van handhaving aan de deur kregen om onze woning, vanwege een eerder geweigerde vergunning voor kamerverhuur, te inspecteren naar aanleiding van meldingen uit de buurt.
En zelfs nadat was vastgesteld dat het om Oekraïense vluchtelingen ging werd onder dreiging van politiebegeleiding de inspectie afgedwongen. En inmiddels is er, nadat eerst het voornemen bekend was gemaakt en daarover een gesprek met de betreffende wethouder heeft plaats gevonden, een dwangsom van € 10.000 opgelegd om het keukentje vóór 1 augustus a.s. (begunstigingstermijn) op de verdieping te verwijderen met de mededeling dat de Oekraïners dan maar verkast moeten worden.
Volgens het schrijven van de gemeente moeten die dan in augustus maar naar de opvanglocatie aan de Bloemendaalseweg terwijl dezelfde gemeente via andere kanalen heeft aangegeven dat die niet bedoeld is voor vluchtelingen die door particulieren worden opgevangen.
Beste Gemeenteraad, begrijpt u het nog? Mensen die op de vlucht zijn uit oorlogsgebied behandelen als ‘vee dat je even verkampt’ om het in plattelands termen te zeggen. Een keukentje te moeten verwijderen, omdat “de woning in strijd wordt gebruikt met het bestemmingsplan”?
Nee, liever geeft de gemeente bijna 4 miljoen uit aan een opvanglocatie dan mensen die een deel van woning beschikbaar stellen te waarderen om hun hulp en maatschappelijke betrokkenheid. Wij begrijpen er in ieder geval niets van en u kunt zich misschien voorstellen welke frustraties, teleurstellingen en boosheid dit met zich mee brengt.
Uiteraard was er een bezwaarschrift in voorbereiding en is een verzoek ingediend tot uitstel van de zg. begunstigingstermijn. Maar nu gaat de gemeente zelfs zover dat zij dit uitstel heeft geweigerd ondanks dat er geen sprake van een spoedeisend karakter is. Hierdoor zijn we genoodzaakt de stap naar de rechtbank te maken om een voorlopige voorziening aan te vragen. Maar, gezien het ervaren onrecht, richten we ons ook tot u om u op te roepen uw invloed aan te wenden om het college, dat de weg kwijt lijkt te zijn, in deze casus op het spoor van de menselijk maat te krijgen. Alleen door onmiddellijke actie van uw raad zou het college mogelijk nog bewogen kunnen worden om een zitting bij de
voorzieningenrechter af te wenden. Wij doen daarom een klemmend beroep op u als vertegenwoordigers
om ons direct te helpen.
Wij zien uw reactie met belangstelling tegemoet.
Herma en Dick Woudenberg
ps: Uiteraard zijn we graag bereid e.e.a. nader toe te lichten en bewijsstukken in te laten zien.
In de mail waar deze brief aan was toegevoegd, schreef het echtpaar het volgende
Geacht gemeenteraadslid
"Wij hopen dat u als hoogste bestuursorgaan van de gemeente in staat bent om het handelen van het college in lijn te brengen met wat van een betrouwbare overheid mag worden verwacht en sluiten het verzoek graag af met citaat uit de ombudslezing “
EEN VERTROUWDE OVERHEID ”:
“Regels en wetten zijn onmisbaar om burgers te beschermen tegen de willekeur van een te machtige overheid. Maar regels en wetten staan in dienst van de burger en daarbij past een dienstbare overheid die werkt volgens behoorlijkheidsnormen. En er moet ruimte zijn voor een ´prettig contact met de overheid´, buiten de omgang volgens het strikte, juridische kader.”
De redactie is niet aansprakelijk voor de inhoud van de ingezonden brieven, maar behoudt zich het recht voor brieven te weigeren of in te korten.