Chiel Naber is bij de gemeente interim/programmamanager.
Hij begeleidt de Nieuwe Nijkerkers, de Oekraïners, de statushouders, de asielzoekers in de breedste zin van het woord. Op Linkedin verscheen onderstaande tekst van hem.
Nog een paar uur. Dan gaat mijn laptop dicht, de telefoon op stil. Samen met collega’s proosten we op het werk dat gedaan is, en luiden we de zomer in.
En ik zeg het eerlijk: ik ben er ontzettend aan toe
We hebben zó hard gewerkt. Met elkaar.
Niet omdat het moest, maar omdat we geloofden in wat we deden.
We wilden het anders doen. Menselijker. Warmer. Dichtbij.
Als Gemeente Nijkerk kozen we voor een eigen koers in de opvang van vluchtelingen.
Geen standaardoplossingen, maar maatwerk.
Geen politiek schuiven, maar echt organiseren, met oog voor de inwoners, vluchtelingen en collega’s.
Maar het kost energie.
Niet alleen door de deadlines of het vele schakelen.
Maar ook door het constante laveren tussen wat mag, wat kan en wat nodig is.
In een tijd waarin wantrouwen sneller groeit dan vertrouwen. Waarin systemen vaak belangrijker lijken dan mensen.
Wat me raakt, en soms ook uitput, is hoe er landelijk met elkaar wordt omgegaan.
Zoveel meningen. Zoveel verontwaardiging.
Zoveel geroep, maar zo weinig échte gesprekken.
Landelijk verhardt zich het debat, alsof punten scoren het belangrijkste is. Terwijl wij lokaal de opdracht uitvoeren en proberen om mensen een bed, een dak, begeleiding en dagbesteding te geven.
En daar zitten wij dan, als gemeente.
Tussen de regels van bestaande wetten en nieuwe wetten.
Tussen zorgen van bewoners en politieke belangen.
Tussen mensen die boos zijn, bang zijn, betrokken zijn.
En wij? Wij blijven luisteren. Blijven zoeken. Blijven bouwen.
Samen.
En dat maakt me, naast moe, ook trots.
Want wat we dit jaar hebben gedaan, was niet vanzelfsprekend.
We namen risico’s,
maakten fouten en leerden.
We waren open, kwetsbaar soms, en bleven altijd in gesprek.
En nu is het tijd om op adem te komen.
Voor mij is de zomer geen reset, maar een moment om terug te kijken.
Om te voelen wat het met me deed.
Maar ook om opnieuw te dromen
Mijn droom?
Dat we in Nederland het lef vinden om het écht anders te doen.
Niet harder schreeuwen, maar dieper luisteren.
Niet ieder voor zich, maar samen.
Niet tegenover elkaar, maar naast elkaar.
Want ja, er zijn grote problemen.
Maar we lossen ze alleen op als we elkaar blijven ontmoeten.
In de wijk. In de raad. In de Kamer. Op het werk.
Voor nu: vakantie.
Met mijn gezin. Met rust, zon en ruimte.
Maar straks?
Dan sta ik er weer.
Voor het gesprek. Voor de samenwerking. Voor de mensen.
Fijne zomer allemaal!