Donderdagavond is Tinet de Jonge - Ruitenbeek door de commissaris van de Koning Henri Lenferink geïnstalleerd als burgemeester van
Nijkerk.
Het feestelijk moment met toespraken en cadeaus, speelde zicht in de raadszaal van het gemeentehuis speelde zich af tijdens een bijzondere raadsvergadering.
Na de installatie kreeg zij de ambtsketen omgehangen door locoburgemeester Esther Heutink-Wenderich.
De voorzittershamer van de raad werd overhandigd door plaatsvervangend voorzitter Patricia van Loozen.
Ze werd door hen ook toegesproken. Verder waren er onder andere toespraken namens de Veiligheidsregio, de burgemeesterskringen en door broer Bert. Stadsdichter René Speelman droeg een voor haar geschreven gedicht voor.
Naast onder ander haar familie, burgemeesters uit de regio en vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties waren er inwoners aanwezig die via een willekeurige selectie persoonlijk waren uitgenodigd om de installatie van de burgemeester bij te wonen.
Ely Hackmann maakte deze samenvatting van de gemeenteraad.
Toespraak van de burgemeester
Geachte leden van de raad, college. Lieve familie en vrienden, u hier aanwezig en mensen die thuis meekijken.
Geachte inwoners van de gemeente Nijkerk.
Het is een groot voorrecht om hier voor u te mogen staan als burgemeester van Nijkerk. Hoe bijzonder dat in deze raadszaal mijn verleden, heden en toekomst samen zijn.
Mijn vroege verleden, het gezin waarin ik als klein, actief en soms wat pittig blond meisje opgroeide met mijn vader, moeder, broers en zussen. Vanaf mijn twaalfde helaas niet meer compleet door het overlijden van mijn vader en toch voelde het altijd wel compleet. Mede door mijn sterke moeder en de lieve mensen die om ons gezin heen stonden, waarvan een aantal hier ook aanwezig is.
Mijn recente verleden, mijn politieleven. Een politie die ik altijd een warm hart toe zal dragen. Met eigen ogen mocht ik zien hoe Andreas, Saids, Lars, Gerts en vele anderen, mensen EN politiemensen zijn. Die 24/7 hun uiterste best doen om in een glazen huis de veiligheid van de samenleving te waarborgen. Reanimaties gaan hand in hand met steekpartijen. Huiselijk geweld wordt afgewisseld met beledigingen. Het is bewonderenswaardig dat politiemensen die soms zoveel letterlijke en figuurlijke klappen hebben gekregen, mens blijven en het goede willen doen.
Mijn heden, mijn mooie gezin, lieve Gert Jan, Tijan, Noah en Linn, jullie gunnen mij de wereld, jullie gunnen mij deze wereld, wij lopen altijd samen.
Mijn toekomst: deze betrokken en bijzonder constructieve gemeenteraad, mannen en vrouwen die naar voren zijn gestapt en spaarzame tijd gebruiken om de samenleving een stem te geven. De mensen binnen de muren van het gemeentehuis, tijdens mijn eerste kennismaking heb ik mogen horen dat ook hier een grote betrokkenheid bij het welzijn van de samenleving heerst. De mensen binnen de grenzen van deze gemeente maar ook de betrokken en verbonden mensen buiten de gemeentegrenzen. En mag ik dit al zeggen, mijn collega burgemeesters.
U begrijpt dat de eer om hier te mogen staan geheel aan mij is.
Dit gevoel van eer gaat hand in hand met dankbaarheid. Dankbaarheid, omdat ik als nieuwe burgemeester de kans krijg om deel uit te maken van deze gemeenschap. Want Nijkerk is voor mij niet zomaar een gemeente. Nijkerk is voor mij verleden, heden en toekomst. Het is de plaats die mij, met de door u geformuleerde profielschets niet alleen uitnodigde om te leiden, maar om samen te leren, te groeien en te ontwikkelen. De plaats waar ik ooit zelf begon met groeien en ontwikkelen.
U moet weten, in voorbereiding op mijn sollicitatie heb ik twee brieven geschreven. Een strakke, zakelijke brief en een persoonlijke sollicitatiebrief met een kwinkslag. Nu heb ik tot het laatste moment getwijfeld welke brief het moest worden. Ik koos de brief die het meest zegt over wie ik ben. Ik deel een passage met u uit de brief die het is geworden:
Een uitgesproken kernwaarde binnen het gezin waarin ik opgroeide was gelijkwaardigheid. Dat er verschil bestaat tussen gelijkwaardig en gelijk, ontdekte ik als nieuwsgierige kleuter. Er kwam bezoek en niets is zo interessant als bezoek waar je eigenlijk niet bij mag zijn. Ik besloot mij te verschuilen onder de keukentafel. Voor mijn neus verschenen prachtige zwartglanzende veterschoenen. Deze boden mij de uitgelezen mogelijkheid om mijn kort daarvoor verworven veterstrikvaardigheden te testen. Vakkundig verbond ik de linker- en rechterschoen middels een keurige strik. Ik onderdrukte een verrukte giechel bij het vooruitzicht dat de strik stand zou houden als de eigenaar van de gepoetste schoenen zijn eerste stap zou zetten. Die giechel verraadde mijn aanwezigheid. Mijn vader wierp één scherpe blik onder de tafel en werd zo deelgenoot van mijn geheim. Met een ferme schop onder mijn achterwerk belandde ik op de gang. Totaal ontdaan. Immers, dit was de allereerste (en laatste) keer dat ik een fysieke straf kreeg. Ik keek mijn moeder aan met een onuitgesproken hulpvraag. Tot mijn grote verbazing knikte ze goedkeurend naar mijn vader. Het was immers ‘haar’ burgervader die daar aan onze keukentafel zat. En die was maar mooi behoed voor een struikelpartij.
In minder letterlijke zin verwees ik ernaar dat, wanneer de burgemeester struikelt, de gemeente ook een kleine duikeling maakt.
Onder die keukentafel begon mijn interesse in het ambt van burgemeester. Wat maakte die man nou zo bijzonder? En kon die man met glanzende schoenen ook een vrouw op hakken zijn? De antwoorden volgden. Het goede nieuws? Het mocht ook een vrouw zijn.
Het slechte nieuws? Niet alle taken van de burgemeester zijn even zichtbaar. Het uitzoekwerk duurde voort en voor mij leidde dit tot de volgende conclusie: Natuurlijk zijn daar de bestuurlijke, vastgelegde taken en verantwoordelijkheden, maar wat voor mij een ‘echte’ burgemeester maakt is het uitvoeren van die taken op een manier die mensen en ideeën verenigt. Een leider zijn die niet alleen weet wat er leeft maar ook voelt wat er leeft. Die emotie en ratio kan verbinden. Een leider die samenbrengt, zowel binnen als buiten de gemeentegrenzen.
Die burgemeester wilde ik zijn. Daar wilde ik naartoe groeien.
De afgelopen 24 jaar mocht ik veel leren buiten de gemeentegrenzen. Ik mocht leren over communicatie, over participatie, over mensen die zichtbaar en onzichtbaar deel uitmaken van de samenleving, ik mocht leren over loyaliteit, leiderschap en dienstbaarheid. Maar de eerste 18 jaar heb ik binnen de gemeentegrenzen de meest waardevolle levenslessen opgedaan. Ik leerde dat je de wereld niet hoeft te veranderen, maar dat je iemands wereld een duwtje in de goede richting kunt geven. Over goed doen, zonder daar iets voor terug te verwachten. Ik leerde over verlies en over de kracht van mensen die om je heen gaan staan wanneer er verlies is. Ik leerde van fouten, maakte ze toch weer opnieuw zoals pubers dat kunnen en leerde er nog een keer van. Ik leerde keer op keer op keer dat Nijkerk de mooiste kerktoren van het land heeft. Tijdens schoolreisjes hoorde ik het tijdens het bewandelen van de vele trappen omhoog, aan de keukentafel werd het besproken en in de Stad Nijkerk wijdde columnist Cactus, alias de helaas veel te vroeg overleden Harry Hamstra, er regelmatig een stuk tekst aan. Er kon niet genoeg ‘geleerd’ worden dat Nijkerk de mooiste toren heeft.
Mijn kennis en ervaring mag ik nu inzetten om uw burgemeester te zijn. Burgemeester van Nijkerk. En ja, Nijkerk heeft de mooiste toren. Maar de gemeente Nijkerk kenmerkt zich voor mij niet door die toren. Nijkerk kenmerkt zich door de kracht van de gemeenschap. De manier waarop we elkaar ondersteunen, hoe we elkaar kennen en de wetenschap dat we samen zoveel voor elkaar kunnen krijgen. Het kenmerkt zich door de vrijwilligers die zingen met de ouderen in Arkemheen. Het project ‘1000 ogen’ in
Hoevelaken, de talloze flessen die ingezameld zijn voor het glazen thuis, het samen landgoed Appel onderhouden of de manier waarop vrijwilligers evenementen als het Carbidschieten in
Nijkerkerveen, de Dorpsdag in Hoevelaken of Boerenmaandag in Nijkerk organiseren. Het kenmerkt zich door goed gelezen lokale media die prachtige artikelen schrijven over de kracht van die samenleving. Het kenmerkt zich door een nieuwe burgemeester die overspoeld wordt met louter lieve, mooie en inspirerende woorden nadat haar voordracht bekend werd.
En ik ben dan wel geen startend mens. Ik ben wel een startende burgemeester.
Maar één ding hoef ik niet te leren. Van één ding ben ik doordrongen. Ik weet voor wie ik burgemeester ben. Ik ken deze gemeenschap met haar kernen en haar kracht. Ik wil het beste voor dit Nijkerk dat me zo dierbaar is. Staan naast inwoners die het moeilijk hebben, zoals ik het ooit moeilijk heb gehad, in dat verdriet zal ik er zijn maar nodigt u mij alstublieft ook uit als er een feest is. Ik hou ervan om samen te vieren.
U mag er op vertrouwen dat ik mij 100% in zal zetten voor alle 45.361 inwoners. Of u zichzelf nu een Hoevelaker, Veender of Niekarker noemt. Weet, ik ben uw burgemeester. En ik ben dit in de wetenschap dat ik dit niet alleen hoef te doen. Want de kracht van Nijkerk zit hem in het samen doen. Of, zoals ik mijn sollicitatiebrief afsloot, ‘Hoe goed een burgemeester ook is, ook zij kan over het hoofd zien dat een kleuter haar veters aan elkaar bindt. Samen voorkomen we dat de burgemeester struikelt. Samen voorkomen we dat de gemeente een duikeling maakt. Samen staan we stevig.’