Kleinschalige opvang van asielzoekers werkt, zo blijkt uit het voorbeeld van de gemeente Nijkerk. Dat schrijft Facility Management Magazine.
1 april moeten de statushouders uit het T-huis en komen ze voor maximaal twee tot drie jaar in het Zusterhuis. Facilitair manager van de gemeente Nijkerk Henk Brentjes: “Voor de verhuizing schakelen we een plaatselijke verhuizer in. Die bel ik dan wel om te vragen of ze ons voor een zacht prijsje willen helpen.”
Brentjes gaat in samenwerking met de vrijwilligers van vluchtelingenhulp de statushouders zelf inzetten bij de eigen verhuizing. Het is het begin van permanente bewoning, waarbij de statushouders een uitkering ontvangen en zelf huur en huishouden moeten betalen. De inrichting ervan moeten ze zelf bekostigen. Ze krijgen van de gemeente een lening om de noodzakelijke spullen aan te schaffen. De spullen uit de noodvoorziening krijgen ze mee. Het zusterhuis wordt momenteel gereed gemaakt door de woningstichting in samenwerking met de gemeente. Voor het schilderwerk en vloerafwerking mochten in dit geval ook plaatselijke ondernemers offreren. En die blijken nu de beste aanbieding te hebben gedaan. Overall vindt Brentjes het mooi dat met lokale steun er totale acceptatie is door de Nijkerkse bevolking. “Ik vind het mooi dat er dan een soort gunfactor is. Wij doen iets voor vluchtelingen, lokale partners doen iets terug en krijgen er ook iets voor terug.”
Vanuit de GZZA-regeling krijgt de gemeente een budget van honderd euro per week per statushouders. Vanuit dit budget moet de huisvesting en alles wat er mee te maken heeft betaald worden. Denk aan de huur van de woonruimten, de rekening voor gas, water en elektra, verzekeringen, inrichting van de woonruimte en de begeleiding van de statushouders.
bron: FMM
