Zaterdag werd een herinneringstocht georganiseerd om de evacuatie in mei 1940 een gezicht te geven.
De tocht vertrok na inleidende woorden in Museum
Nijkerk langs Putten en Ermelo om tenslotte - net als toen - in Harderwijk aan te komen. Deelnemers waren mensen die destijds als evacué hun huis moesten verlaten.
[embed][/embed]
De evacuatie
Ter voorbereiding op een eventuele oorlogssituatie werden eind jaren ’30 plannen gemaakt om, in geval van de gevreesde inval van Duitsers, de burgerbevolking te evacueren. Het betrof de plaatsen die binnen schootsafstand lagen van het Nederlandse leger. Andere gemeentes moesten de opvang van de evacués verzorgen. Mei 1940 gebeurde wat werd gevreesd: de Duitsers vielen daadwerkelijk ons land binnen. In onze regio werd de bevolking van Barneveld, Hoevelaken en Nijkerk, voorafgaande aan de beschietingen, volgens plan geëvacueerd naar Putten, Ermelo en Harderwijk. Na vijf dagen kon iedereen terug naar zijn of haar woning, die soms ernstig beschadigd was.
In de eerste dagen van de Tweede Wereldoorlog werd Nijkerk voor een groot deel geëvacueerd. Ruim 10.000 inwoners van de stad en 11.500 stuks vee vluchtten de stad uit.
Een precisie-operatie waar maar weinig over bekend is.Er zijn maar weinig bronnen die over de tocht die de Nijkerkers en het vee moesten maken reppen. Wim Buitenhuis zocht diverse oud-Nijkerkers op om hun verhalen op te schrijven over een bijzonder moment in de geschiedenis van de stad.
In de Eerste Wereldoorlog lag er al een heel plan klaar bij de regering, mocht de opmars van de bezetter gestuit moeten worden. Omdat Nederland neutraal bleef, ging het plan ook de ijskast weer in. De opmars van de Duisters zorgde ervoor dat er met een frisse blik naar het plan werd gekeken en er een hele operatie in werk werd gezet als voorbereiding op een mogelijke evacuatie. Wim Buitenhuis: ,,Mijn zwager werd in Nijkerk geboren en ook hij werd geëvacueerd als jong kind. De Nijkerkers zijn voor 99 procent in Harderwijk terecht gekomen.” Nijkerk lag in het schootsveld van het Nederlandse geschut, dat op een houtbedrijf aan het Borneoplein aan de rand van Amersfoort opgesteld stond. Toen de Duitsers naderden, werd bevel gegeven om de opmars te vertragen door het vuur te openen. ,,De evacuatie kwam op gang en is een zeer enerverend gebeuren geweest. Aan de ene kant geloofde men niet dat het zo’n vaart zou lopen. Toen het moment daar was, is de bevolking vrij gedwee gevolgd. Ze mochten het een en ander meenemen. Er was veel spanning onder de mensen, zouden ze immers hun huis en spullen weer terug krijgen en wat zouden ze terug vinden?” Nijkerk was in tien wijken verdeeld. Ieder wijkhoofd had een lijst met namen en straten met bewoners die ze moesten begeleiden. Iedereen kreeg een kaartje met een touwtje aan de nek met een naam en het adres waar ze naartoe gingen. ,,Tot aan de mobilisatie in 1939 zijn er plannen gemaakt in De Steeg in Arnhem, het hoofdkwartier van de Nederlandse regering. Ze zijn gaan bedenken hoe ze het moesten doen met de voedselvoorziening, waar mensen ondergebracht moesten worden. Hoe groot de woningen van de Harderwijkers waren en hoe de mensen het beste opgevangen konden worden. De meesten werden goed ondergebracht, de een was wat welwillender dan de ander.” Uiteindelijk heeft de oorlog maar vijf dagen geduurd. Volgens Buitenhuis was dat voor de evacués wellicht het beste. ,,De gemeenten waar de mensen zijn ondergebracht hadden voor veertien dagen eten in huis. De gemeentearchitect van Harderwijk had een vrij groot huis, met maar één kachel en een fornuis. Hij ving een complete familie op, met als gevolg dat 17 man elkaar verdragen moesten, De meisjes moesten apart in een slaapkamer gelegd worden, er moest gezamenlijk gekookt worden. Dat zal voor de nodige ups en downs gehad hebben.”